Posted on Sunday, December 02, 2007 3:48 AM
Hoe moet een kunstenaar die voor zijn rechten wil opkomen actie voeren? Hij zou willen staken, maar hoe moet het dan met de Innerlijke Drift en Creatieve Noodzaak? Aan de andere kant: zijn het niet juist die mythen van het schrijverschap, door Gerard Reve in Op weg naar het einde (1963) passend van hoofdletters voorzien, die de emancipatie van de kunstenaar in de weg staan? Kunstenaars konden aristocraten zijn of verdoemden, maar in beide gevallen weigerden ze het eigen werk als kapitaal op te vatten om er zoiets platvloers als een bestaan op te grondvesten. Reve ontkrachtte die mythe en maakte een middenstander van de kunstenaar - maar zou niet de bijzondere schrijver zijn die hij destijds was, als hij van dit ogenschijnlijk vulgaire materialisme niet onmiddellijk een existentiële kwestie maakte: schrijvers waren immers, volgens Simon Raven die hij aanhaalt, 'committed to money, and, ultimately, to death.' (Op weg naar het einde, p. 68).
Men kan erover twisten of literatuur erbij gebaat is wanneer ze het product wordt van kleine zelfstandigen die 'een winkel hebben', maar weinigen hebben zozeer aan de emancipatie van schrijvers bijgedragen als Reve, zoals hij in diezelfde bundel ook deed voor homoseksuelen. Hij staat hier onverwacht dicht bij Multatuli, zowel bij diens Droogstoppel als bij Max Havelaar. Dat is minder raadselachtig dan het lijkt: zijn die kruideniersmentaliteit en dat idealistisch moralisme niet de twee polen waarbinnen de Nederlander zich beweegt?
Mythe of niet, uiteraard laten de Innerlijke Drift en de Creatieve Noodzaak zich het zwijgen toch niet opleggen. In Hollywood heeft de campagne Speechless van de stakende schrijvers inmiddels verschillende aardige en minder aardige filmpjes opgeleverd. Het is vooral een solidariteitsactie, want de campagne wordt gedragen door de gezichten van Hollywood, door de acteurs dus. Helaas zouden acteurs zichzelf niet zijn, als ze niet vooral zichzelf op de voorgrond plaatsten, en de rest in de schaduw. Verschillende filmpjes komen, uiteraard geheel tegen de bedoeling in, neer op een regelrechte miskenning van het beroep van scenarioschrijver. Zo bedienen Susan Sarandon en Chazz Palmentieri zich in hun filmpje van voor de hand liggende blablabla's - er zijn immers geen woorden meer, help! - maar laten daardoor vooral zien wat voor fantastische acteurs ze wel niet zijn (dat valt overigens nogal mee), zodat de conclusie mag luiden dat acteurs het heel goed zonder scenarioschrijvers kunnen stellen. Alsof scenarioschrijvers alleen maar dialoog leveren, en niet, zoals het woord al zegt, het hele scenario. Tja, als dat het geval was, zou de periode van de stomme film aan een flinke herwaardering toe zijn.
Volslagen verkeerd begrepen is ook het clichébeeld van een afgeplakte mond, met daarop het woord speechless, alsof het hier om censuur zou gaan. Het tegendeel is het geval: men wil zelf onder deze omstandigheden niet spreken! Aardig vind ik daarom dit fragment, waarin een acteur aanvankelijk niets kan zeggen omdat hij aan het eten is en hij zijn mond vol heeft. Maar ook nadat zijn mond leeg is, kan hij nog niet spreken: niet de acteur beschikt immers over het personage, maar de scenarist. Er worden dus geen woorden 'van hun betekenis losgezongen'; heel wat anders dan bij Sarandon/Palmentieri.
Het mooiste filmpje, en met 32 seconden ook een van de kortste, is er een met, hoe kan het anders, Harvey Keitel: